Toespraak herdenking Jan berghmans op 28.11.2009 |
TEKST |
zaterdag 28 november 2009 om 13:44 uur. | Terug naar Proza
Dit werk werd reeds 1985 maal bekeken.
Die Luft is lau, wie in dem Sterbezimmer TESTAMENT Ik ben Jan ontzettend dankbaar voor de geboden kansen in zijn stal en deze maand nog voor de poëzienocturne ‘Doel mijn stervend kind’ op de boekenbeurs. Ik drukte hem daar de laatste maal de hand. Bij zijn naam schrijf ik het epitheton’ De Rusteloze’ of ‘ De Gedrevene’.
Lieve Hedwig, Berlinde, Luc en familie,
Achtbare collegae, nabijen van Jan,
An dessen Türe schon der Tod steht still;
Auf nassen Dächern liegt einblasser Schimmer
Wie der Kerze, die verlöschen will.
Das Regenwasser röchelt in den Rinnen,
Der matte Wind hält Blätterleichenschau
Und wie ein Schwarm gescheuchter Bekassinen
Ziehn bang die kleinen Wolken durch das Grau
Op zondag 15 november liep ik door druilerig herfstweer. Onwillekeurig dacht ik aan deze wondermooie verzen van Rilke’s ‘ Herbstimmung’.Die zondag vernam ik het nieuws van het afscheid van Jan.
Van hem lees ik nu zijn ‘ Testament’ voor.
Ik wil dat niets, maar dan ook niets
meer overblijft na deze dood van mij,
dat je verrast
de leegte ziet waar eens mijn vorm bestond.
Ik wil dat na mijn dood
geen beeltenis bestaat,
geen rest van mijn bestaan.
Enkel de herinnering
aan die bepaalde nacht,
aan die bepaalde woorden.
Ik wil dat na mijn dood
mijn boeken zijn verzegeld
en begraven in de tuinen van mijn jeugd.
Daar moeten struiken groeien.
Op die plaats moet men pioenen planten.
Zij zullen de roodste bloemen dragen.
Zij zullen geuren naar het Paradijs.
Zij zullen vlammen geven
als de avond valt,
en nooit zal je alleen zijn.
Ik zal lichtgevend zijn bij jou
en geurig.
Ik wil nooit gebalsemd worden.
Mijn balsem is mijn woord.
Hij was niet alleen die ontmande dichter die met een acharnement désespére, een dramatische drang naar erkenning zocht, maar eveneens een uitgever, die zo fier was wanneer een auteur een bekroning ontving. Hij was een uitgever die met niet aflatende ijver als een monoliet achter zijn auteurs stond.
Ik schrijf hem bij in mijn canon van mensen die ik nooit vergeet.
Galerie De Zwarte Panter, 28.11.2009