Edmund Burke en het sublieme

TEKST groter lettertype kleiner lettertype

woensdag 24 oktober 2012 om 09:29 uur.    |    Terug naar Proza
Dit werk werd reeds 1960 maal bekeken.


Edmund Burke en het sublieme.


Op het gevaar af dat ik in een dwangbuis ten eeuwige dage in een onwelriekend verdomhoekje word verketterd, durf ik zijn naam haast niet vernoemen: Edmund Burke, de stamvader van het moderne conservatisme. Door de ene zijde de hemel in geprezen omwille van zijn pleidooi voor een organisch gegroeide evolutie, voor de andere zijde, de voorstanders van de revolutie zijn alleen al zijn initialen goed voor boegeroep.
Edmund Burke (1729-1797) was een Brits parlementslid van Ierse afkomst die de Amerikaanse opstandelingen en zijn Ierland een warm hart toe droeg. ‘The liberties of Ireland have been saved in America’. In zijn ‘Reflections on the Revolution in France’ (1790), toonde hij zich een heftige tegenstander van de Franse Revolutie. Deze draaide uit op een terreurbewind met Robespierre. Burke’s voorspelling werd zodoende door de geschiedenis bewezen. Geschiedenisonderzoek is een pleidooi tegen het kleven aan het momentane vooral politiek gekakel. Daarom las ik al in 2003 zijn biografie.(1)
Kwestie van toch iets over deze postuum vergruisde te weten te komen.


Burke was niet alleen politicus maar tevens filosoof en ik ontdekte in deze biografie: A Philosophical Enquiry into the Origin of Our Ideas of the Sublime and Beautiful.(1757) , een verrassend document. Dit traktaat trok eveneens de aandacht van Diderot en Kant.
Een definitie van het sublieme.
Zo stelt Burke: ‘Alle dingen die, op welke manier dan ook, gedachten aan pijn en gevaar kunnen wekken, met andere woorden, alle dingen die op de een of andere manier angstaanjagend zijn, of verband houden met iets verschrikkelijks, of een vergelijkbare uitwerking hebben als angst en afschuw, zijn een bron van het sublieme. Zij zijn in staat de sterkste emotie op te wekken die de geest kan ondergaan’
De ervaring van de sterkste emotie maakt ons monddood. We staan letterlijk met onze mond vol tanden. Volgens Burke komen onze geestelijke vermogens in de sublieme ervaring zelfs geheel tot stilstand. Pas op veilige afstand gaan verschrikking en genot hand in hand.‘Wanneer pijn en gevaar te dichtbij komen, zijn zij niet in staat ons enig genot te verschaffen; maar op een zekere afstand, en met enige aanpassing, kunnen zij ons genot brengen’. Het sublieme is dus een ervaring van de combinatie van vrees, pijn en genot waaraan hij overigens geen enkele ethische dimensie verbindt.

Sublieme kunst.
Althans voor mij behoren de doeken van Jeroen Bosch, de Infiniti-beelden van Micheangelo, het Fauvisme van Rik Wouters, de overbekende ‘Schreeuw’ van Munch, de meedogenloze naaktheid van de figuren van de ‘ontaarde’ Egon Schiele, het Expressionisme van Constant Permeke e.a tot het sublieme en daardoor de meeste beklijvende werken in de kunstgeschiedenis.
Voorbij het estheticisme, voorbij schoonheid om de schoonheid, voorbij het inhoudsloze, het irrelevante van pure esthetiek en zonder zoetstof.
Beelden van de 9.11, foto’s van een tsunami met een indrukkende watermuur en een figuur in de verte die wegloopt, waarvan men weet dat hij zal omkomen, kijkfiles na een auto-ongeval, ramptoerisme, een stierengevecht. Van waar komt die aantrekkingskracht? Het genot van de huiver?
Ook door de overweldiging bij het sterven van een kind wanneer je alleen maar ‘Ombra mai fu’ van Händel kan neuriën wordt je deelachtig aan het sublieme.
Obscurus per obscurius.. ‘In het licht vernauwt de iris van onze ogen. In het duister wordt deze groter’, E.Burke.
Frank De Vos.


(1) Edmund Burke, Conor Cruise O’Brian 396blz Vintage London ISBN 99433443
 




Vorige werk: Plezieren met dieren op de schoot of in de corrida Terug naar overzicht Letteren  Volgende werk: ‘Mensen achter de dijk’ van Fillip De Pillecyn vertaald.