Oud Doels Liedeken |
TEKST |
woensdag 28 januari 2015 om 11:45 uur. | Terug naar Gedichten
Dit werk werd reeds 2277 maal bekeken.
XI Oud Doels Liedeken Volgewreten vlecht een graffity-rat zich nog langs uwen muren. In uw schemerige steede waarin gij ooit aanwezig waart, werd elk woord zo week, elke zin onmondig. Op het arduin voor elke deur, op elke afgesleten treede waakt nog een verleeden op enen afgematte wenteltrap naar uwen zolder doode droomen. In mijmerende spinnewebben achter deuren zonder slot hangen draaden die herinneren, aan raamen uit hun hengsels gelicht, aan stille slierten het gemis. Zich maateloos meester telt den tijd uw klagende slagen op zijnen klok. Beklemd leg ik mijn hoofd in uw schoot, in mijn handen het gejut, gebrooken brood aangespoeld op uw wakken oever.